De wereld is toch niet altijd zo aardig als ik dacht

Deze ochtend zat het even allemaal tegen.
Ik heb bijna nooit dat ik ervan baal dat ik niets kan zien, maar deze ochtend baalde ik wel. Ik ben Sandy gaan uitlaten in het parkje en mijn telefoon ging. De iPhone sprak daarbij de naam van mijn vriend uit.

 

Oh dat is Jeroen, dus wilde ik even opnemen. Rugzak van mijn rug gehaald om vervolgens de telefoon eruit te pakken. Helaas kwam daarbij de hele inhoud van mijn rugzak op de grond terecht. Verdorie! Ik zei tegen Jeroen dat ik hem later terug zou bellen. Eerst moest ik weer alles terugvinden: mijn portemonnee met inhoud, lippenstift, pasjes etc. Wat een gedoe!

 

Balen.....het was ook nog eens steenkoud en ik moest mijn handschoenen uit doen om alles te kunnen voelen. Het was echt heel koud en mijn handschoenen moesten uit om te kunnen voelen. Een lastig karweitjes als je blind bent en je vingers stijf zijn van de kou. Op mijn knieën heb ik gezeten om alles bij elkaar te zoeken. Eén ding ontbrak nog: de sleutelbos. Die had ik toch echt nodig om binnen te komen. Dus er zat niets anders op dan verder te zoeken, kruipend over de grond. Van alles kwam ik tegen: steentjes, takjes, papiertjes maar geen spoor van mijn sleutelbos. Langzaam maar zeker begon ik er schoon genoeg van te krijgen en ik begon te vloeken in mezelf.

 

Uit frustratie had ik Jeroen maar gebeld en gemeld dat ik mijn sleutelbos echt nergens meer kon vinden. Zelf zat hij op dat moment voor werk in Spanje, dus helpen kon hij me helaas niet. Hij adviseerde me om gewoon te wachten totdat er iemand langs zou komen. Ik had weinig keus dus heb zijn advies maar opgevolgd.

 

Opeens hoorde ik iemand aan komen lopen en mijn hart maakte een sprongetje van blijdschap!

"Hallo, zou jij even willen kijken of je mijn sleutelbos ergens ziet liggen?"
"Sorry, geen tijd, ik heb haast!"


En weg was hij. Was dit werkelijk gebeurd? Iemand die niet eens de moeite neemt om even te kijken of te stoppen. Ik zat verslagen op de grond en mijn hoop dat ik de sleutels snel terug zou vinden verdween als sneeuw voor de zon. Wat een …!

Dan maar weer wachten totdat er nog iemand langs zou komen. En dit keer duurde het wachten heel erg lang. Zou er nu echt niemand voorbij komen?

Op een gegeven moment hoorde ik geklik van hakjes. Ja! Er komt iemand aan!

"Hallo zou jij even mee willen kijken of je mijn sleutelbos ziet liggen, hier ergens op de grond?"
"Natuurlijk wil ik dat" was het antwoord van een heel lief, jong klinkend meisje. "Oh ik zie ze al liggen. Vlakbij, nog geen meter bij je vandaan" zei ze.

Oh zo blij was ik, dat mijn sleutelbos weer terecht was en dankbaar dat er iemand was die wél hielp. Tegelijkertijd boos op die kerel die niet eens de moeite nam om te kijken. Daarnaast natuurlijk het besef dat blind zijn beste klote kan zijn. Excuses voor mijn taalgebruik, maar dat waren de woorden die in mij opkwamen.

 

Esther Crombag